Internetconsultatie wetsvoorstel met betrekking tot “short stay structuur” en btw

De mogelijkheden t.a.v. btw-aftrek in de verhuursector a.g.v. een zogenaamde tijdelijke “short stay structuur”, leiden tot ongelijkheid in de verhuursector. Vanuit het kabinet is daarom nu conceptregelgeving opgesteld om deze ongelijkheid te bestrijden. Ter afstemming volgt van 5 maart tot en met 2 april 2024 een internetconsultatie, zodat betrokkenen in deze sector hun input kunnen leveren t.a.v. de totstandkoming van de definitieve wetgeving.

Waarom leidt een “short stay structuur” tot verhuurdersongelijkheid?

Om te beginnen: wat is een “short stay structuur” eigenlijk? Dit betreft de mogelijkheid voor bijvoorbeeld verhuurders van woningen om belasting te besparen door na het uitvoeren van een omvangrijke verbouwing, de woning kortdurend btw-belast te verhuren.

Het voorgaande heeft als voordeel dat de verhuurder als ondernemer de btw op deze verbouwing ook mag aftrekken, hetgeen leidt tot een flinke teruggaaf. Wanneer de ondernemer vervolgens overgaat om de woning vrijgesteld van btw te verhuren, dan blijft het btw-aftrekrecht in stand.

Wat houdt het wetsvoorstel inzake “short stay structuur” en btw in?

De kern van het wetsvoorstel is om de btw-herzieningsregeling voor (on)roerende investeringsgoederen uit te breiden naar geleverde diensten aan onroerende zaken. Deze herzieningsregeling houdt in dat belastingplichtigen het recht en de plicht hebben om de btw te herzien die zij hebben betaald bij de aanschaf van de op deze regeling betrekking hebbende goederen. Op die manier wordt gewaarborgd dat de btw die aanvankelijk in rekening werd gebracht op investeringsgoederen, in overeenstemming is met het daadwerkelijke gebruik van die goederen voor activiteiten die met btw belast zijn.

Hierbij moet de ondernemer vier jaar lang bijhouden of de oorspronkelijk vastgestelde en gehanteerd btw-aftrek, correctie behoeft. De aanvankelijk gehanteerde btw-aftrek moet daarbij jaarlijkse voor 1/5 deel worden gerelateerd aan de met het gebruik van de geleverde (verhuur)dienst gehanteerde btw in dat jaar. Dat maakt de btw-voordelen voortvloeiend uit de “short stay structuur” veel minder aantrekkelijk.

Drempelbedrag en overgangstermijn voorgesteld

Het kabinet wil voorkomen dat het voorstel, net als een eerder voorstel in 2017 inzake de herzieningstermijn op algemene kostbare diensten, straks niet kan worden geëffectueerd a.g.v. kritiek t.a.v. onder andere de complexiteit in de uitvoering. Daarom bevat het wetsvoorstel voor de diensten aan onroerende zaken een minimum drempelbedrag van € 30.000. Bovendien stelt de wetsontwerper een overgangstermijn voor per 1 januari 2026, zodat de sector zich op de nieuwe wetgeving kan voorbereiden.

Lever uw bijdrage via de internetconsultatie

Wilt u als betrokkene uw input geven n.a.v. het voorgenomen wetsvoorstel? In dat geval kunt u uw standpunten kenbaar maken aan het Ministerie van Financiën via de internetconsultatie omtrent dit onderwerp. U heeft hiervoor de mogelijkheid van 5 maart tot en met 2 april 2024.

Indien u wilt kunt u bovendien op 12 april 2024 op verzoek aanwezig zijn bij de geplande stakeholderbijeenkomst op het ministerie in Den Haag, om uw standpunt interactief nader toe te lichten.

Hut Accountants loodst u door het fiscaal landschap

De herzieningsregeling en andere specifieke regelingen omtrent btw en andere vormen van belasting, kunnen complex zijn. Bent u belastingplichtige en schaft u investeringsgoederen aan of kostbare diensten aan t.b.v. onroerende goederen? Wees u dan bewust van de regelingen en win vooraf advies in bij uw belastingadviseur om correcte naleving te waarborgen. De accountants, belastingadviseurs en salarisadministrateurs van Hut Accountants zitten hiervoor voor u klaar.